We zijn niet ons brein, we zijn onze taal
Volgens de Franse psychoanalyticus Jacques Lacan (1901-1981) is de mens een homo symbolicus. Zijn toegang tot dé werkelijkheid is nooit direct, maar altijd bemiddeld door woorden, beelden en formules.
Nu zou je denken dat Lacan zelf duidelijke taal probeert te spreken, maar dat valt tegen. Zijn Seminaires en Ecrits staan bekend om hun obscuriteit en ontoegankelijkheid. Misschien wel juist omdát hij ons probeert te doordringen van het feit dat DE werkelijkheid per definitie wonderlijk en onbegrijpelijk is.
Filosoof en psychiater Antoine Mooij, auteur van het boek In de greep van de taal (Uitgeverij Sjibbolet) onderzoekt het ‘representerend vermogen’ van de mens en legt uit waarom het de sleutel is tot wat ons mens maakt. Want we mogen dan een lichaam hebben en een mooi stel hersenen, maar zonder taal zijn we nergens.