Literair feest

Literair feest

februariMarjolijn Februari stelt met De literaire kring de interessante vraag naar ‘het engagement van de lezer’ aan de orde.

”Iedereen spreekt maar over het engagement van de schrijver,” zegt ze, “waarom niet over dat van de lezer? Als de schrijver maar geëngageerd is, kan de lezer achteroverleunen. Ik vind dat ook de lezer betrokkenheid moet tonen. De literaire kring in mijn boek leest en discussieert over boeken, maar daarna houdt het op. Het is ook een appèl aan het adres van andere literaire clubs: wat zijn jullie eigenlijk aan het doen? Boeken van geëngageerde schrijvers lezen, en dan? Wat is de volgende stap?” (interview in De Volkskrant, 2007)

Jeroen Vullings in Vrij Nederland spreekt naar aanleiding van De literaire kring van ‘kostelijk amusement’: “De literaire kring is een feest om te lezen.”

Michaël Zeeman in De Volkskrant prijst de geestige commentaren in De literaire kring en voegt daaraan toe: “Het sterke is, dat Februari haar personages op niveau tegemoet treedt: zij bespot de intellectuele en bestuurlijke elite van Nederland niet alleen, zij leest haar ook de les.”

De rechten van De literaire kring werden op de Frankfurter Buchmesse verkocht aan de  Engelse uitgeverij Quercus. De roman werd bovendien bekroond met de Annie Romein Prijs 2007 en genomineerd voor zowel de Gouden Uil 2008 als de Libris Literatuurprijs 2008. Op 11 februari 2008 ontving Marjolijn Februari voor haar werk de Frans Kellendonk-prijs. Uit het juryrapport: “Het weliswaar nog kleine oeuvre van Marjolijn Februari, twee romans, een proefschrift en talloze columns en essays, kenmerkt zich volgens de commissie door originaliteit, scherpzinnigheid en onafhankelijkheid van geest. Zowel in haar werken van fictie als in haar essayistiek weet zij intellectuele bemoeienis met belangrijke en netelige kwesties te paren aan een bij uitstek literaire blik. Zij is zo in staat ethische en maatschappelijke dilemma’s op een open en prikkelende manier aanschouwelijk te maken, zonder daarbij ooit in verontwaardiging of drammerigheid te vervallen. De registers die zij gebruikt variëren van geleerd en scherp, spottend of ironisch, tot tastend, verwonderd op het kwetsbare af.”

[review] Terwijl een roman met een boodschap bij voorbaat te duchten is – wanneer ons wordt verteld hoe te denken gaan immers meteen onze stekels recht overeind staan -, geeft dit boek daar in geen enkel opzicht aanleiding toe. De reden daarvoor is dat Februari zo vernuftig weet om te springen met literaire middelen dat je er nauwelijks benul van hebt dat ze je iets wil overbrengen. De al genoemde afstand en ironie, maar ook ‘gewone’ humor, de overtuigende personages, de simpelweg goedlopende plot en de puntige filosofisch-essayistische passages verhullen in zekere zin die boodschap. Maar aan de andere kant geven ze hem juist effectief vorm.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *