Het verhaal van een leven
[beginfragment hoofdstuk 1 – Afscheid van Nazaret]
Wij hebben zijn gezicht nooit gezien, zijn stem nooit gehoord.
Wij weten niet hoe hij eruitzag – de man die Jezus heette, van wie ik spreken wil – niet echt. Onze verbeelding heeft talloze voorstellingen van hem opgeleverd, naar de conventie met tot op de schouders vallend haar, een strak in model geschoren baard en een rank gelaat met scherpe jukbeenderen. Eeuw na eeuw hebben kunstenaars deze blauwdruk gevolgd in hun portretten van Jezus, is dit het model geweest op basis waarvan zij zijn trekken verder hebben gemodelleerd naar de standaarden van reinheid en zedigheid van hun tijd.
Maar in de eerste dagen van de geschiedenis van de kerk is de verschijning van Jezus nooit op die manier weergegeven. De eerste christenen waren erg terughoudend in het maken van een voorstelling van heiligen. Het was voor de kunstenaars en ambachtslieden van die tijd dan ook geen doel op zich om een getrouwe weergave van het gezicht van Jezus te maken; als zij ‘de Heer’ wilden afbeelden, bedienden zij zich van symbolen: een vis of een lam, een korenschoof of een druiventros.
In de era waarin de christelijke geloofsbeleving zich afspeelde in de catacomben, zien we Jezus afgebeeld als een naar Griekse mode geklede jongeman met het baardloze gezicht van een adolescent; heel anders dan het huidige conventionele beeld. Pas jaren later, aan het begin van de vijfde eeuw, ontstond onder invloed van Byzantijnse kunst het model voor het gezicht van Jezus zoals wij dat kennen.