De mens is zichzelf tot raadsel
Weten wat je wilt. Tja, probeer daar maar eens achter te komen. Jij bent jij en ik ben ik en hij is hij en zij is zij, en jij bent morgen niet precies dezelfde, en ik ook niet, en hij of zij of wie waar ook ter wereld, ook niet. Je bent bijvoorbeeld dertiger/veertiger en je weet wat je wilt, denk je. Maar je ontmoet iemand op je werk met verhalen over een nieuw huis in een te gekke wijk, en je denkt: dat wil ik ook. Je wordt gebeld door een vriend die nu eindelijk zijn vakantiedagen opmaakt en hee die geen zin had in reizen en dus lekker thuis bleef en genieten dat het is! En je denkt: dat wil ik ook. (Waar kan het ooit beter zijn dan gewoon bij je eigen knusse zelf met alle spullen om je heen die je toch niet zomaar verzameld hebt.)
Ieder mens is zichzelf tot raadsel – zou zo’n prachtige onelinerige dichtregel kunnen zijn van een bekende Nederlandse dichter, geciteerd op een Rotterdamse vuilniswagen. Zó herkenbaar. Om te weten wat je wilt moet je jezelf een beetje kennen, moet je ook enigszins kunnen overzien wat je mogelijkheden zijn én zul je eerlijk moeten toegeven dat alle beslissingen die je neemt nooit helemaal weloverwogen rationeel zijn. Emoties spelen ook een rol. Vaak een grote rol. Je hoeft geen psycholoog te zijn om te begrijpen dat ieder mens op eigen manier, rationeel en irrationeel, in staat is ‘goede’ keuzes te maken. Dus als je (nog) niet precies weet wat je wilt, let niet teveel op anderen. Zij weten het vaak ook niet.
En en, jij weet heus wel wat je wilt. Denk ik zo. Misschien voor één dag. Maar dan toch.