[boekennieuws.nl] Drie dagen na de sterfdag van de dichter P.C. Hooft (1581-1647), de grootste renaissancedichter van Nederland, ontving Nachoem M. Wijnberg (..) de P.C.Hooft-prijs 2018, een oeuvreprijs, dit jaar bestemd voor de poëzie. De prijs wordt dit jaar voor de 70ste maal uitgereikt. Traditiegetrouw werd de prijs uitgereikt tijdens een feestelijke bijeenkomst in het Haagse Literatuurmuseum.
De jury schreef over het oeuvre van Wijnberg:
“Wijnberg lezen is een scherpzinnige manier van denken betreden met een taal die loepzuiver is en gevaarlijk: overal kan een val zijn uitgezet, waardoor wat net gelezen is opeens in een ander daglicht komt te staan.” Zelf zei Wijnberg over zijn werk: ‘Ik probeer zo te schrijven dat mijn gedichten lezen als een krantenartikel.’
Poëzie is de krachtigste manier om iets te begrijpen van hoe mensen met elkaar zijn. Daarom is poëzie ook de meest geschikte vorm om het over economie, politiek of geschiedenis te hebben, uitstaande vragen te herkennen en redelijke voorstellen te doen.
In de beste niet-postmoderne traditie beoordelen de gedichten in ‘Van groot belang’ de geschiedenis om er iets van te leren en bouwen zij voort op het beste wat eerdere denkers en dichters bedacht en geschreven hebben – zoals Marx, Keynes, Heine, Milosz en vooral Kaváfis.
Lees uit deze bundel een aantal gedichten (klik op titel)
De gedichten in ‘Van groot belang’ zijn veelal essayerende redeneringen op het snijvlak van filosofie en economie, duidelijk geworteld in de hedendaagse maatschappij. Zoals het gedicht ‘De rechtvaardige prijzen’, waarin de econoom Wijnberg onder meer dicht: „Als iemand van ver weg komt om je werk over te nemen omdat hij hier meer kan verdienen, hoeveel minder dan wat jij betaald zou krijgen voor dat werk zou jij nog rechtvaardig vinden?” Daar staat wat er staat, dus interpreteren is niet aan de orde. Scherp lezen en meedenken des te meer. Dan helpt het als je over voorkennis beschikt van de joods-mystieke leer, de klassieke oudheid en de economie.
Alessandro Baricco over mentale revoluties en digitale grootsheid
Alessandro Baricco, de Umberto Eco van vandaag, boekstaaft het ontstaan van een nieuwe wereld. De surfende mensheid verdient bewondering.
[bron: groene.nl, mei 2018]
Alessandro Baricco is in veel opzichten de opvolger van Umberto Eco, die toevallig of niet in de buurt werd geboren. Eco’s geboorteplaats Alessandria en Turijn liggen een uurtje rijden van elkaar, aan de voet van de Alpen. Beiden nuchtere Piemontesi, beiden filosoof, beiden in staat om hun wetenschappelijke werk zo te formuleren dat iedereen het kan snappen, beiden begaafde bespelers van alle registers van het moderne communicatieorgel. Beiden ook zeer succesvol schrijver van literaire thrillers en romans, beiden journalist, spreker en duider. En beiden met een grote didactische passie, altijd eerst hun studenten, dan de rest van de wereld.
Op Baricco’s gezicht verschijnt een grote grijns bij het vergelijk. ‘Dat is voor mij een enorm privilege, om met Eco te worden vergeleken. Hij was niet alleen geniaal, hij was het ook nog eens op een manier waar ik erg van houd. Met ironie, lichtvoetigheid en grote, grote generositeit. Dus als u mij zegt dat ik de Umberto Eco van vandaag ben, word ik daar heel gelukkig van.’
Eco heeft ook, voor hij op zijn 84ste overleed, in 2016, veel aandacht besteed aan het digitale tijdperk en de daaruit voortvloeiende mens. Hij maakte zich grote zorgen. Omdat Eco wist dat de oceaan van het net voor velen, het merendeel, gevaarlijk is. Om te kunnen surfen op de onbeperkte informatie moet je immers zeewaardig zijn. En Eco zag groot verdrinkingsgevaar voor velen. Hij gebruikte vaak de term ‘surfen’; op de Italiaanse cover van Baricco’s De barbaren staat een surfer, een jochie met een pet achterstevoren op zijn hoofd dat met een surfplankje over een enorme berg boeken, cassettebandjes en lp’s heen scheert. Maar bij Baricco is het een vrolijk gezicht, het plaatje suggereert dat het jongetje op zijn plankje een nieuwe toekomst tegemoet gaat. Hij laat de obsolete manier van kennis vergaren van de vorige eeuw achter zich, hij vliegt er overheen, hij is op weg naar iets anders. Eco zag hem verdrinken. Baricco niet?
(..) Hij klapt een kleine laptop open. Het is het enige elektronische dat op het enorme bureau staat, omringd door de stapels boeken, knipsels en dossiers die horen bij het beeld van de intellectueel dat ik nog in mijn hoofd heb. Op het scherm verschijnt zijn nieuwe boek, The Game, al helemaal opgemaakt en printklaar. [bold: BT] ‘In juni is het af’, zegt Baricco met de benijdenswaardige stelligheid van een gedisciplineerd werkend mens dat zijn deadlines haalt. ‘Kijk, dit is wat ik u wilde laten zien.’
Op de pagina’s staan kaarten, van die mooie, ouderwetse landkaarten, met berglandschappen in reliëf getekend. Plaatjes uit een aardrijkskundeboek uit de vorige eeuw, zou je denken. ‘Dit is het deel waarin ik in kaart breng wat er nu eigenlijk is gebeurd vanaf 1978. Dat jaar was het jaar van het eerste videospel, Space Invaders, en vanaf daar begint mijn reconstructie. Het is echt een geografische reconstructie, zoals u ziet, met enorme bergen die zich ineens vanuit het tot dan toe platte en geruststellende landschap verheffen. Kggggg (Baricco maakt een scheurgeluid). Kijk, dat was Google. Kggggg. Ik heb echt landkaarten laten maken, ziet u? Met het landschap onder en boven de aarde. Want het heeft geen zin om te constateren dat er ineens een enorme berg als een puist omhoog kwam zetten, de Google-berg bijvoorbeeld, als je niet laat zien wat er híer is gebeurd, onder de aarde. Wat was het soort hersens dat dit nodig had? We moeten de onderaardse aardbevingen zien te snappen om de bovenaardse te kunnen lezen. Waardoor is de aardkloot opengesplitst? De gevolgen, de bergen, kunnen we allemaal wel benoemen.’
Het ziet er begrijpelijk en overzichtelijk uit, zo ouderwets in kaart gebracht. Baricco is een goede onderwijzer, uiteraard. Hij scrolt enthousiast door. ‘Kijk, ik heb de bewegingen in het landschap ook ingedeeld in tijdperken, ziet u? Dit is het klassieke tijdperk. Dat was de pc, de personal computer, dit was de eerste mail, en zo schrijden we voort naar het moderne tijdperk. Alles moest in geografische kaarten kunnen worden uitgelegd en steeds als ik stuitte op iets dat ik niet snapte, liet ik het me uitleggen tot ik het wel snapte. Het is volgens mij wel goed gelukt. Ziet u, hier heb je de digitalisatie, internet en het web. Het kaartengedeelte is het linkerdeel van mijn boek, het uitlegdeel. Als ik de berg eenmaal in kaart heb, ga ik erin graven. Waar het mij uiteindelijk om gaat is: welke mentale bewegingen hebben geleid tot dit fenomeen, tot deze berg, tot deze beweging in het landschap? Want er vallen grote lijnen te ontdekken, er zitten constanten in.’ Baricco waait met gespreide vingers over de kaarten. ‘In alles wat we hier zien is de constante: de tussenliggende schijven, de bemiddeling, moet eruit. Dat is een heel belangrijk principe van de digitale revolutie: alle bemiddeling moet er tussenuit.
(..) Als je drie verschillende oplossingen hebt, kies je altijd voor de oplossing waarmee de meeste beweging wordt gegenereerd. De oplossing die grenzen neerhaalt, verplaatsing genereert, reizen stimuleert, geld, goederen, mensen en informatie laat circuleren. Dat is een dierlijk instinct.
De geest van de Novecento, de vorige eeuw, rust in de cultus van onbeweeglijkheid, grenzen, afscheidingen. De grens was de religie van de vorige eeuw. Grenzen op alle gebied. De grens tussen “hoge” en “lage” cultuur. De grens tussen “Ariërs” en “joden”. De grens tussen het Oostblok en het Westen. Alles was ingeperkt, begrensd, geblokkeerd, informatie kon niet vrij bewegen. Daarom kon Auschwitz bestaan zonder dat iemand – of bijna iemand – het wist. Vandaag kun je echt geen Auschwitz maken en het een jaartje of wat ongestoord draaiende houden. Je kunt geen atoombom maken waar slechts honderd mensen van weten en die de hele planeet kan vernietigen. Dat is de stuwende kracht onder de digitale revolutie.
Na een eeuw van angst, horreur, ontelbare doden, twee wereldoorlogen, een koude oorlog, dictaturen, kijkt de nieuwe mens om zich heen en zegt: zo, het eerste wat ik ga doen, is zo veel mogelijk beweging creëren. Want het is in de onbeweeglijkheid dat een bepaalde “waarheid” een mythe kan worden. Dat een leugen een legende kan worden, zoals het nazisme. Gooi alle ramen open en laat de wind er doorheen blazen. Mensen blijven slecht als voorheen, en arrogant, en ambitieus, maar de beweging haalt de kracht eruit. Door zo veel mogelijk instrumenten te ontwerpen die de beweging mogelijk maken zorg ik ervoor dat wat in de vorige eeuw is gebeurd niet meer kan gebeuren.’
‘(..) De ervaring die ik heb opgedaan met dit tweede boek is dat alles wat er momenteel gebeurt zinvol is. We moeten er niet bang voor zijn. Het is een mentale beweging van de mensheid die in ieder geval zinvol, zo niet geniaal is. Het is riskant, wat we aan het doen zijn, maar het is een risico dat de moeite waard is om te nemen omdat wat we ermee winnen zo veel is. Het is de ontsnapping uit de beschaving van de vorige eeuw, de Novecento. Als je de mentale structuur van de barbaren en hun revolutie goed bestudeert, dan zie je dat het eigenlijk allemaal gericht is op het vernietigen van de totems, de heiligenbeelden van onze vorige eeuw. De elite uit de vorige eeuw is bezig aan haar zonsondergang. Die manier van elite zijn is ten dode opgeschreven.’
Turijn is bij uitstek de stad van die elite van de vorige eeuw. Alessandro Baricco staat op de schouders van giganten, die draaiden rond het grote uitgevershuis Einaudi. Zwaargewichten als Cesare Pavese, Italo Calvino, Natalia en Leone Ginzburg, en uiteraard Primo Levi, de grote Italiaanse intellectuelen van de vorige eeuw. Allemaal uit Turijn. Een cultuur die de prullenbak in kan? Niet meer nodig?
Baricco moet al weer lachen. ‘Ik denk dat de elite iets geweldigs is! En natuurlijk ben ik een product van de oude elite. Maar ik ontdekte tijdens het schrijven van The Game dat de wereld waarin we nu leven uit is op een wereld zonder elite. En dat is een risico dat we lopen. Maar het is een theoretisch probleem, want er is zich al lang een nieuwe elite aan het ontwikkelen. Een totaal andere elite, vanuit antropologisch oogpunt, maar zij komt eraan. Voor wie haar wil zien is zij al lang zichtbaar, maar omdat zij in niets lijkt op de oude elite is zij moeilijk te zien. Het zijn twee krachtvelden die op elkaar botsen, zou je kunnen zeggen.’
(..) ‘Dat is per slot wat ik doe: met een vlindernet achter mentale bewegingen aanrennen.’
[bron: column Abdelkader Benali, Trouw 29|5] De domineeszoon vertelde de slagerszoon (..) hoe zijn ontmoeting met Philip Roth was geweest. Het was avond, het kwik was nog niet onder de 18 graden gezakt, ze zaten buiten. Hij was zichtbaar ontroerd. (..) Lezen is een traag proces, spoorzoeken in de nacht. Ik denk dat Roth die monomane omgang met literatuur – een totale toewijding die volgens Roth geen ruimte liet voor frivole bezigheden – in Michaël Zeeman zag. Ze spiegelden elkaar.
De uitnodiging van Philip Roth had iets in hem geraakt, iets wat diep zat. Die domineeszoon die een leven lang lezen beloond zag worden met het dringende verzoek dat hij na het interview moest blijven slapen. Een unieke uitnodiging van een Amerikaanse reus aan een Friese reus.
We zaten in [de Romeinse wijk] Trastevere. De fles tussen ons in was bijna leeg. “Ik kom van heel ver. Een domineeszoon. De Friese klei. Het was schraal. Klein. Verstikkend. En dan zegt Philip Roth ‘blijf een nachtje slapen’, omdat hij met je door wil praten. Dat doet iets met me. Dat doet heel veel met me.” Dwars door alle eruditie en stoerheid keek een kwetsbaar mens me aan. Een keer blazen en hij kon omvallen. Omvallen in literatuur.
Michaël Zeeman overleed, veel te vroeg. Zijn interview met Philip Roth kan men terugkijken op het internet. [Ook Roth overleed, vorige week.] We sterven allen, toch gaat niets verloren.
Klik op foto voor leesfragment; o.a. ‘Kijken naar Kafka’!
[debezigebij.nl] Naast zijn ongeëvenaarde literaire carrière heeft Philip Roth ook veel non-fictie geschreven over een groot aantal onderwerpen, waaronder de schrijvers die hij bewondert, zijn eigen werk, het creatieve proces en de Amerikaanse cultuur. In Waarom schrijven? wordt voor het eerst al dit werk verzameld in een band. Het bevat de eerder verschenen essaybundels Lectuur van mijzelf en anderen en Over het vak, maar ook veel stukken die ofwel herzien zijn, of nooit eerder gepubliceerd. Waarom schrijven? geeft een prachtig beeld van de gedachtewereld van een van Amerika’s grootste schrijvers en is onmisbaar voor de literatuurliefhebber in het algemeen, en voor de vele fans van Philip Roth in het bijzonder.
In 2001 ontving Roth in Praag de Franz Kafka Prize. Zijn boeken spelen zich veelal af in zijn geboortestad, Newark, en vertellen het verhaal over het Amerikaans Joodse leven vanuit zijn alter ego Nathan Zuckerman. Dit ligt dichtbij Roth zelf, waardoor zijn humoristische boeken een sterk autobiografische kenmerk hebben. Philip Roth is overleden op 23 mei 2018.
In ‘Zabor’ van Kamel Daoud, auteur van de internationale bestseller ‘Moussa of de dood van een Arabier’, neemt de jonge Algerijnse Zabor, met een vader die hem heeft verstoten, zijn toevlucht tot het lezen van boeken. Franse boeken, die niet alleen door de taal maar ook door de veelzijdige thema’s een nieuwe wereld aan hem openbaren. Zabor is er altijd van overtuigd geweest dat hij een gave heeft: zolang hij schrijft, kan hij de dood op afstand houden, zoals Sheherazade in ‘Duizend-en-een-nacht’. Zo ook op de avond dat hij aan het sterfbed van zijn vader zit… ‘Zabor’ is de betoverende nieuwe roman van de controversiële auteur Kamel Daoud. ‘Een hartstochtelijke roman over de kracht van taal.’ (Le Monde) Klik op foto voor een schitterend fragment!
[trouw.nl, 21|5] Het hoogtepunt van de huwelijkssluiting van de Britse prins Harry en zijn bruid Meghan Markle – en daar leek werkelijk iedereen het over eens te zijn – was de preek.
Het bruidspaar had de zwarte Amerikaanse bisschop Michael Curry gevraagd of hij in de kerkdienst van afgelopen zaterdag een paar woorden wilde spreken. Dat wilde hij wel. Toen Justin Welby, de aartsbisschop van Canterbury, die de huwelijkssluiting voltrok, na afloop gevraagd werd wat hij van de preek vond, zei hij: ‘Het goede nieuws van Jezus Christus blies iedereen omver. Het was fantastisch.’
Hij was niet de enige. ‘Michael Curry heeft bijna een gelovige van me gemaakt’, twitterde voormalig Labour-leider Ed Miliband. Met dat enthousiasme voegde de politicus zich in een immense gelijkgezinde schare die het ene superlatief over het andere liet struikelen: verbluffend, fenomenaal, prachtig. Britse zondagskranten publiceerden de preek integraal. The Sunday Times maakte van de kernzin van Curry’s preek zelfs de openingskop: ‘The power of love’.
Bisschop Curry (65) is voorman van de Episcopaalse Kerk van de Verenigde Staten, een gematigd protestantse kerk, de Amerikaanse evenknie van de Anglicaanse Church of England. Hij is de eerste zwarte geestelijke die die rol vervult.
De zeer bevlogen en appelerende stijl van Curry – hij preekte uit zijn hoofd, slechts een enkele keer wierp hij een blik op de iPad die hij bij zich had – contrasteerde flink met de doorgaans plechtige en stijlvolle liturgie die de Britse huwelijksdiensten – zeker de koninklijke – gewoonlijk kenmerkt.
Ook in Nederland was veel enthousiasme over Curry’s optreden waar te nemen. Flink wat Nederlandse predikanten staken er op twitter de loftrompet over. ‘Voor mij is Pinksteren begonnen. Tranen met tuiten en vuur in het hart’, zei PKN-dominee Janneke Nijboer. ‘Een oproep die m’n hart heeft geraakt en me ademloos heeft doen luisteren, een boodschap voor de hele wereld, binnen en buiten de kerk’, reageerde de net aangetreden PKN-directeur Jurjen de Groot. Joost Röselaers, voorman van de Remonstranten, werd er ook een beetje mismoedig van: ‘Als toekomstige trouwstellen deze preek voortaan als norm beschouwen kan ik beter een andere baan gaan zoeken’.
Lees hieronder de Nederlandse vertaling van de preek.
Hooglied 8:6-7 “Draag mij als een zegel op je hart, als een zegel op je arm. Sterk als de dood is de liefde, beklemmend als het dodenrijk de hartstocht. De liefde is een vlammend vuur, een laaiende vlam. Zeeën kunnen haar niet doven, rivieren spoelen haar niet weg.”
Wijlen Martin Luther King junior zei ooit: ‘We moeten de kracht van liefde ontdekken, de verlossende kracht van liefde. Als we dat doen, dan kunnen we van deze oude wereld een nieuwe wereld maken, want liefde is de enige weg.’
Liefde is kracht. Onderschat die kracht niet. Doe er ook niet te sentimenteel over. Er zit kracht in liefde. Als u me niet gelooft, denk dan eens terug aan het moment dat u voor het eerst verliefd werd. De hele wereld leek te draaien om u en uw geliefde.
O zeker, liefde is kracht. Niet alleen in de romantische liefde, maar in elke vorm, elke vorm van liefde. Als je geliefd wordt, geeft dat een bepaald gevoel, als je weet dat er iemand om je geeft, als je iemand lief hebt en die liefde kan tonen – dat voelt goed, dat heeft iets goeds.
Het heeft iets goeds. En dat heeft een reden. Dat heeft te maken met de bron. We zijn door een kracht van liefde gemaakt. En onze levens waren en zijn bedoeld om in die liefde geleefd te worden. Daarom zijn wij hier.
De uiteindelijke bron van liefde is God zelf: de bron van al onze levens.
Een oud middeleeuwse gedicht zegt: ‘Waar ware liefde gevonden wordt, daar is God.’
Sterk als de dood
Het Nieuwe Testament zegt het als volgt: ‘Geliefde broeders en zusters, laten we elkaar liefhebben, want de liefde komt uit God voort. Ieder die liefheeft, is uit God geboren en kent God. Wie niet liefheeft, kent God niet.’ Waarom? ‘Want God is liefde.’ (1 Johannes 4:7-8)
Liefde heeft kracht. Liefde heeft kracht om te helpen en genezen als niets anders dat kan. Liefde heeft kracht om je te verheffen en te bevrijden als niets anders dat kan. Er zit kracht in liefde, om ons te laten zien hoe we moeten leven.
Draag mij als een zegel op je hart, als een zegel op je arm. De liefde is sterk als de dood.
Maar liefde gaat niet alleen om een jong stel. De kracht van de liefde blijkt uit het feit dat wij hier allemaal zijn. Twee jonge mensen werden verliefd en hier zitten we dan. Maar het gaat niet alleen om een jong stel met wie wij ons verblijden. Het is meer dan dat.
Jezus van Nazareth werd eens gevraagd door een geleerde om de essentie van de woorden van Mozes uit te legen. Hij greep terug op de oude schriften, op Deuteronomium en Leviticus. En Jezus zei: ‘Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod. Het tweede is daaraan gelijk: heb uw naaste lief als uzelf.’ En hij voegde daaraan toe: ‘Deze twee geboden zijn de grondslag van alles wat er in de Wet en de Profeten staat.’ Alles wat Mozes schreef, alles wat de profeten zeiden, alles in de schrift, alles dat God aan de wereld heeft willen vertellen… Heb God lief, heb uw naaste lief, en heb ook uzelf lief.
Iemand zei ooit dat Jezus de belangrijkste revolutionaire beweging in de geschiedenis van de mensheid begon: een beweging gegrond in de onvoorwaardelijk liefde van God voor de wereld. Een beweging die eist dat mensen lieven in die liefde. En zo niet alleen hun eigen leven veranderen, maar het leven van de wereld zelf.
Dat is kracht. Echte kracht. Kracht om de wereld te veranderen.
Reddende liefde
Als u me niet gelooft: er waren ooit slaven in het zuiden van Amerika die de veranderende kracht van de liefde bezongen. Ze zongen een spiritual, terwijl ze gevangen zaten. Het lied vertelt dat er ‘balsem in Gilead is’, een genezende balsem, iets dat de dingen kan veranderen ten goede. ‘Er is een balsem in Gilead dat de gewonden heelt’, en in een van de coupletten wordt uitgelegd hoe: ‘Als je niet kunt preken zoals Petrus, en als je niet kunt bidden zoals Paulus, vertel dan gewoon maar over de liefde van Jezus, die stierf om ons allemaal te redden.’ Dat is de balsem in Gilead.
Die liefde maakt levend. Zij begrepen het! Hij stierf om ons allen te redden. Hij stierf niet omdat er iets voor hem te halen viel. Jezus kreeg niet een of ander eredoctoraat voor zijn dood. Hij kreeg er niets voor. Hij gaf zijn leven, hij offerde zichzelf op, voor de ander, voor de wereld, voor ons.
Als liefde de weg is, dan zullen we onze zwaarden en schilden neerleggen, en zullen we ons met oorlog niet meer bezighouden
Dat is liefde. Liefde is niet egoïstisch, liefde kan opofferend zijn. En dan wordt het een verlossende liefde. Die onzelfzuchtigheid, die offerende reddende liefde kan levens veranderen, die liefde kan de deze wereld veranderen.
Als u me niet gelooft, sta dan even stil en beeld u het volgende in. Stel u een wereld voor waar liefde de weg is. Stel uw huizen en gezinnen voor waar liefde de weg is. Stel u buurten en gemeenschappen voor waar liefde de weg is. Stel u overheden en landen voor waar liefde de weg is. Stel u bedrijven en commercie voor waar liefde de weg is. Stel u deze oude, vermoeide wereld voor waar liefde de weg is. Waar liefde de weg is – onzelfzuchtig, opofferend, verlossend.
Als liefde de weg is, dan zal er op deze aarde nooit meer een kind met honger naar bed gaan. Als liefde de weg is, dan zal gerechtigheid op ons neerdalen als een machtige stroom, dan zal rechtvaardigheid als een eindeloze beek vloeien. Als liefde de weg is, dan is armoede verleden tijd. Als liefde de weg is, dan zal de aarde een toevluchtsoord zijn. Als liefde de weg is, dan zullen we onze zwaarden en schilden neerleggen, down by the riverside, en zullen we ons met oorlog niet meer bezighouden. Als liefde de weg is, dan is er ruimte voor al Gods kinderen. Want als liefde de weg is, dan zullen we met elkaar omgaan, wel, als familie. Als liefde de weg is, dan weten we dat God de bron is voor ons allen, dan zijn we broeders en zusters, kinderen van God.
Broeders en zusters, dat is een nieuwe hemel, een nieuwe aarde, een nieuwe wereld, een nieuwe menselijke familie.
Vuur
En laat ik u zeggen: Salomo had gelijk. Want dat is vuur.
De Franse jezuïet Pierre Teilhard de Chardin – en hiermee sluit ik af, want jullie moeten trouwen – was een van de grote geesten van de twintigste eeuw. Jezuïet, rooms-katholiek priester, wetenschapper, geleerde, mysticus. In een van zijn geschriften zegt hij – vanuit zowel zijn wetenschappelijke als religieuze kennis – dat het beteugelen van vuur een van de grootste wetenschappelijke en technologische vindingen van de mensheid is.
Vuur maakte de menselijke beschaving mogelijk. Vuur maakte het mogelijk om eten te bereiden en ziekten te voorkomen. Vuur maakte het mogelijk om ruimten te verwarmen zodat mensen zich over de wereld konden verspreiden, zelfs naar koudere klimaten.
Vuur maakte dat mogelijk. Er zou geen bronstijd, geen ijzertijd en geen Industriële Revolutie geweest zijn zonder vuur. Onze vindingen zijn afhankelijk van vuur en het vermogen van de mens op het op een goede manier in te zetten.
Is er iemand met een auto vandaag? Ik weet dat er ook een paar koetsen waren, maar voor diegenen onder u die met de auto kwamen: vuur – gecontroleerd, geharnast vuur – maakte dat mogelijk. In de Bijbel staat – en ik geloof dat dat waar is – dat Jezus over water liep. Maar ik kwam hier niet over de Atlantische Oceaan naar toe gelopen. Gecontroleerde beheersing van vuur in het vliegtuig maakte dat mogelijk.
Vuur maakt het ons mogelijk om te sms’en en te twitteren en te e-mailen en instagrammen en ons op een disfunctionele manier tot elkaar te verhouden.
Vuur maakt dat alles mogelijk. Teilhard de Chardin zei dat vuur een van de grootste uitvindingen van de mensheid is. En hij voegde daar aan toe dat als de mensheid de energie van vuur nogmaals weet te beteugelen, als de mensheid de energie van liefde weet te vangen – dat dat de tweede keer in de geschiedenis zal zijn dat we vuur ontdekken.
Martin Luther King had gelijk: we moeten de liefde ontdekken – de verlossende kracht van liefde. En als we dat doen, dan maken we van deze oude wereld een nieuwe wereld.
Mijn broeder, mijn zuster, moge God jullie liefhebben, moge God jullie zegenen, en moge God ons allen vasthouden in die almachtige handen van liefde.”
[hebban.nl] ‘Het zwembad’ werd al aan 23 landen verkocht en krijgt ook een verfilming. Als we het tijdschrift Grazia mogen geloven wordt het debuut van Libby Page ‘de grootste hit van het komende jaar’.
Volgens The Independent is Het zwembad ‘o, zo mooi, maar laat je af en toe óók een traantje wegpinken.’
Avram en Ora deden eerder hun intrede in de romanwereld in ‘Een vrouw op de vlucht voor een bericht’. In de novelle ‘Nacht in Jeruzalem’ voert Grossman hen op als allegorie voor hoop, vriendschap en liefde in tijden van isolement, angst en geweld.