Het uitgebreide denken

Het uitgebreide denken

In het uitgebreide denken wordt de waarheid niet gezocht, maar de betekenis van iets

[trouw.nl] Het is de taak van filosofen om mensen een uitgebreide vorm van denken aan te bieden, stelt Marli Huijer. Vandaag spreekt ze haar oratie uit bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar publieksfilosofie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

“(..) Wij ­kunnen als filosofen niet een alleenrecht op het denken claimen. Maar we kunnen mensen wel een uitgebreide vorm van denken aanreiken.”

Een uitgebreide vorm van denken?

“Een denken dat verder reikt dan het vergaren van kennis, het opstellen van logische redeneringen of het zoeken naar efficiëntie. Het uitgebreide ­denken is een activiteit waarin niet ­zozeer de waarheid of het nut wordt ­gezocht, maar de betekenis van iets. Wat betekent de klimaatopwarming voor ons en anderen? Hoe oordelen we over goed en kwaad in relatie tot de ­verwachte hittegolven, watertekorten, bosbranden, heftige regenval, overstromingen, en de toename van de armoede onder juist de armsten? Uitgebreid ­denken betekent dat je niet zozeer denkt vanuit grote concepten – bijvoorbeeld universele rechten – maar meer vanuit concrete levenservaringen. ­Belangrijk is verder dat je leert denken vanuit de perspectieven van anderen.”

Dat is niet nieuw. Filosofen als Foucault zijn altijd op zoek geweest naar verschillende perspectieven.

“Foucault was inderdaad op zoek naar verschil, naar nieuwe perspectieven. Maar hij deed dat via historische analyses. Stel je voor dat het in het verleden anders was gelopen, dan zouden we nu een ander heden hebben. Maar het ons een voorstelling maken van de perspectieven van anderen met wie we de ­wereld delen, kom ik in zijn werk niet tegen. Neem Foucaults beschrijving van Seneca die ’s avonds zijn dag doorneemt en bedenkt hoe hij zich tegenover anderen heeft gedragen. Doel van die denkoefening is om tot wijs gedrag te komen. Maar niet door een weging van de gezichtspunten van die anderen, maar door wat Seneca zelf wijs acht. De innerlijke betrekking tot zichzelf blijft bij Foucault hoofdzaak.”

Dat doet de publieksfilosoof anders?

“Ja. Zij kan in publieke gesprekken, ­bijvoorbeeld in debatten, ervoor zorgen dat de deelnemers zich voorstellingen kunnen maken bij de positie van ­anderen. Misschien kunnen die ­anderen zich dan ook een voorstelling maken van hun gezichtspunt.”

(..) [Het] gaat me hierom: door middel van meer perspectieven de wereld inclusiever maken. Als ik zeg dat ik ‘alles en ­iedereen’ aan het denken wil zetten, gebruik ik met opzet ‘alles’, want ons denken en spreken mag wel wat minder antropocentrisch worden, minder de mens centraal stellen. Het is even ­wennen, maar ik denk dat we er in de toekomst niet aan ontkomen ons in de perspectieven van bijen, van pissebedden, van planten, van gras, van het ­oerwoud te verdiepen en deze mee te nemen in ons uiteindelijke oordeel. Pas dan is voor de publieksfilosoof het ­denken echt uitgebreid.”

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *