Dichter bij het mysterie Hamlet

Dichter bij het mysterie Hamlet

[Abdelkader Benali in Trouw, 20|7] “Alles over Hamlet is al een keer gezegd. De eerste keer door Hamlet zelf, daarna nog tienduizenden keren door zijn bewonderaars, maar niemand die meer over zichzelf wist dan Hamlet zelf. Alle boeken die over Hamlet verschijnen, zijn niet meer dan een voetnoot bij zijn meeslepende woordkunst.

En toch zal ik deze zomer veel van mijn leestijd besteden aan wat anderen hebben geschreven over Hamlet, want ik ken geen groter genoegen dan lezen wat Hamlet-onderzoekers over de grootste, twijfelende geest uit de wereldliteratuur te berde brengen. (..)

Waar ik niet naar op zoek ben, is bevestiging of verklaring. Ik zoek overprikkeling, dus vlooi ik naarstig de boeken uit die beloven me iets dichter bij het mysterie Hamlet te brengen zonder dat ze dat mysterie weten te verklaren. De grootste geesten hebben hun tanden stukgebeten op de man die de opdracht van een geest vervulde. Pagina na pagina wordt volgeschreven, maar het kunstwerk blijft overeind.

(..)

Sommige voetnoten voeren me via een krankzinnige omweg terug naar mijn eigen culturele erfgoed, wanneer de vertaler uitlegt waarom hij heeft besloten een verwijzing naar een islamitische entiteit weg te laten. Hamlet gruwelt van acteurs die schmieren. I would have such a fellow whipped for o’erdoing Termagant, it out herods Herod, pray you you avoid it.

Het is me om Termagant te doen, van wie de middeleeuwse Europeanen dachten dat het de God der mohammedanen was. Ik kom erachter in welke gedaanten de islam naar Europa kwam, meegenomen in de bizarre verhalen van de thuiskerende kruisvaarders. En zo ontdek ik lezend in ‘Hamlet’ dat er meer is tussen hemel en aarde, en gaat er in de wereld die ik bewoon nog een wereld open.”

Deze zomer gaat [voor mij weer] op aan Hamlet-literatuur en dat betekent herlezen en lezen over wat je herleest…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *